Koud bloed 30

In 2013 beschreef Koud bloed de moordgeschiedenis van de Hells Angels. Over de motorclubs Satudarah en No Surrender viel toen op dit vlak niet veel te melden, maar sindsdien zijn laatstgenoemde clubs veel vaker bij moordzaken betrokken dan de Angels. Eric Slot maakte een nieuw moordoverzicht.

De onthoofding van de jonge Amsterdammer Nabil Amzieb, wiens hoofd werd gedropt voor waterpijpcafé Fayrouz in Amsterdam-Zuid, deed veel stof opwaaien. Paul Vugts beschrijft de vriendenkring van Nabil: jonge mannen die inmiddels forse celstraffen hebben gekregen voor het voorbereiden van een liquidatie.

Tijdens een bijeenkomst voor oud-maffiosi en FBI-agenten in Las Vegas leerde Erik Brouwer de Japanse Amerikaan Kenji ‘Kenny’ Gallo kennen. Het maffialid werkte acht jaar undercover voor de FBI en bouwde daarna een nieuw bestaan op. Brouwer kreeg hem aan de praat.

Buck Groenhof was ingehuurd als puinruimer. De ervaren ‘herstructureringscoryfee’ moest SNS Bank redden. Hij was altijd op pad, altijd aan de telefoon. Een ‘keiharde werker’, volgens zijn advocaat. Maar in een megaproces werd hij door de rechtbank Utrecht veroordeeld tot twaalf maanden cel. Vasco van de Boon woonde het proces alle dagen bij en beschrijft wat er met de ervaren bankier is gebeurd.

Rob Zijlstra komt met een intrigerend verhaal over twee mannen, van wie er een dood is. Tenminste, dat wordt aangenomen. Sinds april 2010 heeft niemand hem meer gezien. De andere man wordt gezien als zijn moordenaar. De rechtbank Groningen veroordeelde hem tot twaalf jaar cel. Maar nu zit hij in Turkije, in afwachting van het hoger beroep.

Marcella van der Weg memoreert Jaantje Struik, een metselaarsdochter aan wie mensen eind 19de eeuw enorme geldbedragen voorschoten. Ze zagen er nooit een cent van terug.

Met een voorpublicatie uit Gerlof Leistra’s biografie over de Bijlmerbajes en met de vaste rubrieken is ook dit nummer weer tot de nok gevuld met het betere misdaadproza.